Samenvatting 9.4 Ziek (Nectar, VWO 3).
Hoe word je ziek?
Ziekteverwekkers zoals bacteriën, virussen en schimmels kunnen je lichaam binnendringen via je mond, neus, geslachtsorganen of wondjes. Deze micro-organismen veroorzaken infecties:
Hoe genees je?
Het immuunsysteem reageert door witte bloedcellen die ziekteverwekkers opruimen:
Wat gebeurt er als je ingeënt wordt?
Immuniteit voorkomt dat je opnieuw ziek wordt van dezelfde ziekte. Dit kan op verschillende manieren:
In Nederland krijgen kinderen vaccinaties tegen ziekten zoals mazelen en polio, en meisjes worden ingeënt tegen HPV om later baarmoederhalskanker te voorkomen. Dankzij vaccinaties komen deze ziekten hier nauwelijks meer voor.
Hoe word je ziek?
Ziekteverwekkers zoals bacteriën, virussen en schimmels kunnen je lichaam binnendringen via je mond, neus, geslachtsorganen of wondjes. Deze micro-organismen veroorzaken infecties:
- Bacteriën scheiden gifstoffen af en kunnen ontstekingen veroorzaken.
- Virussen dringen cellen binnen, vermeerderen zich en maken cellen kapot, zoals bij griep en verkoudheid.
Een infectie begint vaak met een incubatietijd, waarin ziekteverwekkers zich vermeerderen zonder dat je symptomen hebt. Symptomen zoals koorts en hoofdpijn ontstaan wanneer je lichaam reageert op de infectie.
Hoe genees je?
Het immuunsysteem reageert door witte bloedcellen die ziekteverwekkers opruimen:
- Vreetcellen sluiten bacteriën in en verteren ze. Bij een wond vormen dode vreetcellen samen met bacterieresten pus.
- Antistofcellen maken antistoffen die zich aan ziekteverwekkers hechten en deze uitschakelen, waarna vreetcellen ze opruimen.
Ziekteverwekkers worden herkend aan antigenen, specifieke eiwitten op hun oppervlak, waarop witte bloedcellen passende antistoffen maken. Bij koorts stroomt je bloed sneller en werkt je afweersysteem beter, wat het genezingsproces versnelt.
Wat gebeurt er als je ingeënt wordt?
Immuniteit voorkomt dat je opnieuw ziek wordt van dezelfde ziekte. Dit kan op verschillende manieren:
- Natuurlijke actieve immuniteit: Na een infectie blijven geheugencellen achter die bij herinfectie snel antistoffen maken.
- Vaccinatie: Een vaccin met verzwakte ziekteverwekkers stimuleert antistofproductie zonder dat je ziek wordt. Dit geeft ook actieve immuniteit.
- Seruminjectie: Bij een acute infectie ontvang je direct antistoffen via een seruminjectie, wat tijdelijke (passieve) immuniteit biedt.
- Borstvoeding: Moeders geven antistoffen door aan hun baby, wat de baby tijdelijk immuun maakt.
In Nederland krijgen kinderen vaccinaties tegen ziekten zoals mazelen en polio, en meisjes worden ingeënt tegen HPV om later baarmoederhalskanker te voorkomen. Dankzij vaccinaties komen deze ziekten hier nauwelijks meer voor.